AFGEPASTE RUIMTE

Toen ik met mijn hondje langs een grote villa liep, zag ik door een kier in de gordijnen, de eigenaar zitten op vijftig centimeter bankstel. Hij keek voetbal. Althans, ik zag een groen verlichte kamer. Ik liep door, Bella zakte door de achterpoten en deed een plas in een dunne strook berm tussen twee pikzwarte wagens. Ik liep rechtsaf en kwam in een geheel andere wijk. Zo`n wijk waarbij alle voordeuren hetzelfde zijn. Even heeft de voordeur links en oneven de voordeur rechts. Het zijn huurwoningen. Weer deed Bella een plas naast de stoep. Ook hier waren parkeervakken met weliswaar goedkopere auto`s, maar even krap als daarnet. Ik keek een willekeurige woonkamer in. De huurder zat op 50cm bankstel. Hij had ook een groen verlichte kamer.  Toen daagde het mij dat de 'rijkere' geen enkel voordeel had ten opzichte van de 'armere'. Hun beide kooien verschilde in grootte, da`s waar, ja. Maar je kunt maar op één plaats in je kooi tegelijk zijn. Wat voordeel heb je als je een groot huis hebt, als je `s avonds op de bank TV kijkt en je buurman, met een minder huis `s avonds op de bank TV kijkt?

Als je met de camper in Nederland rijdt, merk je hoe alles is afgepast. Je hebt een weg die zó is berekend dat er twee auto`s elkaar rakelings kunnen passeren. Daarnaast een fietspad die zó is berekend dat twee fietsen elkaar rakelings kunnen inhalen en dan een stoep met vijf dertig/dertig tegels naast elkaar. Dan een strookje berm en dan een tuin van twee bij vier. Zo nu en dan een parkeervak waar je auto nét in past en altijd te weinig parkeervakken voor de één tot drie auto`s per huishouden, om maar te zwijgen over de bedrijfsbussen. De parkeervakken zijn zó berekend dat je je auto er als een hand in een handschoen in kunt zetten en dat je driemaal moet kijken voordat je de deur opent omdat de weggebruikers er langs suizen én je zesmaal druk draaiend en schakelend, moet manoeuvreren om er uit te kunnen. `s avonds staat alles vol en zoeken de laatkomers plekjes op parkeerplaatsen zodat haast alles vol staat. Dan loop ik met mijn hond langs groen verlichte woonkamers en zie ik hen allen, met billen nog warm van de autostoel, op hun kunstlederen bank zitten.

Als wij `s avonds met de camper van een afspraak komen, zoeken we een parkeerplaats. Dat kun je wel vergeten. Alles is vol. Het glas van parkeerplekken is al overgelopen. Als bij een stoelendans, terwijl de muziek al reeds is gestopt, rijden wij in het donker langs alle stroken met potentiële plaatsen en vinden niets. Totdat we eindelijk een parkeerterrein vinden, buiten de bebouwde kom, die niet is berekend en nog lege plaatsen vertoont. Motor uit, handrem, luiken dicht en slapen. We koesteren de ruimte.

De gemeente waar wij doorheen reden heeft de afgelopen veertig jaar gebouwd. Er is geen centrum, maar meerdere centra. De ene wijk heeft niets met de andere. Een woonwijk wordt, omringt door modder en verzakte zandwegen opgeleverd en de volgende woonwijk wordt alweer gebouwd. Het zijn grijze, plastic blokken met huizen die symmetrisch zijn geplaatst. De wijk heeft geen ziel en voelt koud en kunstmatig aan. De gemeente vergeet dat al die mensen ergens naartoe moeten. Hetzij naar hun werk, hetzij naar school. Er ontstaat verkeer en dat verkeer is te massaal voor de 'oude' infrastructuur van de wegen die er waren vóór die nieuwe wijken. Bovendien willen al die mensen óók even uit hun kooien, de natuur in. Maar er is geen natuur! Er zijn afgepaste parken met wandelpaden waar je langs een route geleid wordt en hoogstens mag beslissen of je links of rechtsaf gaat. Je komt elke halve minuut iemand tegen en vindt geen stilte om te denken.
Als je een weg wilt oversteken moet je wachten op een auto en nog één en nog één en nog één en.. snel lopen want de volgende komt er al weer.

Sinds we uit Zweden komen zien we nu hoe druk en krap alles is. Dit is niet goed voor mensen; alles afgepast, alles ontworpen en aangelegd. Als mensen krap op elkaar wonen, keren ze in zichzelf, ze vluchten van alle mensen op zich heen. Als mensen weids wonen, zoeken ze elkaar op, omdat ze weten dat ze elkaar nodig hebben. Da`s nog het ergste. Iedereen fietst en loopt langs elkaar heen en in de avond is alles verlaten. Dan zit iedereen op z`n eigen bank. Nou, iedereen.. ik moet niet overdrijven. Hoogstens 99 van de 100. Ik hoop- en stel me voor dat die ene ergens zit, bij een ander op de bank en dan hoop ik dat de TV uit staat en dat er 'ruimte' is voor contact.









Reacties

Populaire posts van deze blog

STRIJD

DE CHAOS VAN EEN DOORSNEE WEEK

KNAKWORSTEN